Theosofie

Te leen in de bibliotheek. Een van de basiswerken van Rudolf Steiner.

“Door het zelfstandig ware en goede in zijn innerlijk tot leven te wekken, verheft de mens zich boven de gewaarwordingsziel. De eeuwige geest schijnt daar naar binnen. Er gaat een licht in haar op dat onvergankelijk is. Voor zover de ziel in dit licht leeft, heeft ze deel aan iets eeuwigs. Zij verbindt daarmee haar eigen bestaan. Wat de ziel als iets waars en iets goeds in zich draagt, is onsterfelijk in haar. – Wat in de ziel als iets eeuwigs oplicht, noemen we bewustzijnsziel. – Van bewustzijn kun je ook spreken bij de lagere zieleroerselen. De meest alledaagse gewaarwording is object van bewustzijn. In die zin bezit ook het dier bewustzijn. De kern van het menselijke bewustzijn, dus de ziel in de ziel, is hier met het woord bewustzijnsziel bedoeld. De bewustzijnsziel wordt hier nog als een bijzonder onderdeel van de ziel onder scheiden van de verstandsziel. Deze laatste is nog in de gewaarwordingen, de driften, affecten enzovoort verstrikt. Ieder mens weet hoe voor hem in de eerste plaats datgene als maar geldt, waaraan hij op grond van gewaarwordingen en dergelijke de voorkeur geeft. Maar pas die waarheid is de blijvende, die zich heeft losgemaakt van alle bijsmaak van sympathie en antipathie bij gewaarwordingen en dergelijke. De waarheid is waar, ook als alle persoonlijke gevoelens zich ertegen verzetten. Dat deel van de ziel waarin deze waarheid leeft, wordt hier bewustzijnsziel genoemd.”